“Je kunt de mens uit het land nemen, maar niet het land uit de mens”. Begin veertig was ik. Iets van de diepte van deze uitspraak kwam aan. In mijn jeugd had ik twee culturen om me heen gehad. Dit was nou eenmaal zo bij ons thuis. Ik voelde niet de behoefte om daar dieper over na te denken. Tot ik besefte dat ik met misvattingen had geleefd.
1. Als je lang genoeg hier bent, gaat je oude cultuur vanzelf weg.
Uiteraard weet jij ook dat jijzelf of een ouder van je verhuisd is uit een ander land. Het uit zich vast op verschillende manieren. Familie in een ander land, in de inrichting van een huis, met eten. Als iets dat bij jou hoort. Als de verhuizing langere tijd geleden is en iemand meedoet in Nederland, kan de aanname erin sluipen dat je ‘hetzelfde’ bent. Ongemerkt, naar jouzelf of vanuit je omgeving.
Mijn vader kwam uit Nederlands Indië. Hij was al jaren hier en deed gewoon mee. Voor mij beperkte zich -onbewust- dat stuk van zijn leven tot ‘daar en toen’. En tot herinneringen en uiterlijke zaken. Mijn aanname was dat zijn leven ‘daar en toen’ verder geen rol meer speelde in wie hij was. Dit herken ik bij (en over) andere mensen in soortgelijke situaties. Soms met een gevoel van druk: zou moeten spelen. Omdat je anders vast iets niet goed doet. Of omdat je er anders niet bij hoort.
De werkelijkheid ligt genuanceerder. Verhuizing als volwassene naar een ander land beïnvloedt je. Het verandert je. Maar er is een verschil tussen beïnvloeding en vorming. De vorming vanuit je jeugd zal nooit verdwijnen. Dat blijft een deel van wie je bent.
Meedoen is wat anders dan je culturele identiteit.
2. Je leeft samen, dus van binnen ben je cultureel hetzelfde.
Nergens leven mensen zo intensief samen als in een gezin. Je deelt er een dag- en nachtritme, maaltijden, hoogte- en dieptepunten. De manier waarop, maakt het gezin uniek. De gezinsleden identificeren zich met elkaar. Het verschaft een gevoel van ‘wij’. Deze verbinding is prachtig.
Dit wij-gevoel kan echter ten onrechte het gevoel geven dat je ook cultureel hetzelfde bent. Vaak gaat dit onbewust. Daarmee vervalt het oog hebben voor de ‘kleurverschillen’ die er zijn. Die zich bijvoorbeeld uiten in hoe iemand anders ‘besnaard’ is of anders communiceert.
Deze verschillen kunnen ervaren worden als iets dat afbreuk doet aan het gevoel van samen. Het vaakst zie ik dit spelen tussen de eerste en tweede generatie. Daarmee is een gezin een kleine multiculturele samenleving. Mét en naast die emotionele verbondenheid.
Loyaliteit aan de mensen met wie je samenleeft en culturele loyaliteit zijn twee verschillende dingen.
3. Je paspoort bepaalt je culturele identiteit.
Een paspoort van een land hebben, geeft je rechten. Je hoort er officieel bij. Voor veel mensen een vanzelfsprekendheid. Als je te maken hebt gehad met verhuizing naar een ander land, een verworvenheid. En soms óók iets dat een bijeffect heeft.
Het kan namelijk zijn dat je een paspoort hebt van een land, maar tegelijkertijd (vaak of altijd) in een ander land hebt gewoond. Zo hoorde ik in mijn jeugd dat mijn familie in Indië altijd Nederlands is geweest. Onbewust was mijn conclusie dat ze dus ‘hetzelfde’ waren. Pas later zag ik dat er wel degelijk verschillen waren. Een ander voorbeeld is opgroeien in het buitenland. En dan na ‘terugkeer’ naar je paspoortland ervaren hoe je je er níet thuis voelt.
Het hebben van een paspoort kan mensen -onbewust- emotioneel van binnen op een verkeerd been zetten over de culturele identiteit. En over waar ‘thuis’ is. Met ook nu weer een gevoel van druk: dat je éigenlijk toch wel zou moeten… Naar jezelf, maar ook vanuit je omgeving naar jou. De aanname dat een paspoortidentiteit bepaalt wie je bent, maakt ‘kleurenblind’.
Je paspoortidentiteit is wat anders dan je culturele identiteit.
Wat maakt het allemaal uit?
Bovenstaande misvattingen worden opgeroepen door zichtbare zaken. Hiernaast is er iets dat met je meeloopt en onzichtbaar is. Onbewust, voorbij logica. Dat iets heet cultuur. Als je een misvatting als juist beschouwt, strooit het zand in je ogen. Je zicht vernauwt zich. Op hoe je anders bent dan anderen. Én op je eigen gemengdheid van je twee culturele delen.
Hierdoor ben je met een deel van jezelf niet vertrouwd. Ondertussen speelt dat deel wél een rol, maar heb je er geen grip op. Ongemerkt beïnvloedt het je gevoel van welbevinden en de rijkdom van je relaties (in privé en werk).
Herken je iets van deze misvattingen? Als je er met me over wilt praten, dan ben je welkom. Een kennismakingsgesprek is gratis en vrijblijvend.